copyright financieel dagblad 16 juni 2017, foto’s Timothy Foster
Klik hier voor artikel door Matthijs Schiffers in .pdf formaat.
Joost Röselaers, vertrekkend predikant van de Nederlandse kerk te Londen, was vier jaar lang praatpaal voor City-bankiers in gewetensnood.
Het was het hoogtepunt van Joost Röselaers’ periode als predikant in Londen: het in de echt verbinden van twee Schotten in kilt. Op die 14e januari 2016 voltrok de Nederlander daarmee het eerste wettelijk erkende kerkelijke homohuwelijk van Engeland. Röselaers: ‘Twee mannelijke bankiers die hiernaast werken zagen het, en besloten dat ze dat ook wilden. Die heren trouwen hier binnenkort.’ Echter, de bankiers doen dat in een land waarvan de premier plotseling afhankelijk is geworden van de steun van een partij die mordicus tegen het homohuwelijk is: de hyperconservatieve Noord-Ierse DUP.
Het gesprek met Röselaers vindt plaats in een café op Austin Friars, een kleine doorgang in de City, pal naast de kerk die in 1550 is opgericht en na de Tweede Wereldoorlog opnieuw is opgebouwd. In de kerk verzorgt de 37-jarige op 2 juli zijn laatste dienst. Daarna gaat hij terug naar Nederland, waar hij verder gaat als algemeen secretaris van de remonstranten, een vooruitstrevende geloofsgemeenschap. Of, zoals hij het zelf noemt: ‘Misschien wel de meest liberale en vrijzinnige kerk ter wereld.’
In zijn vier jaar in Londen heeft Röselaers, een diplomatenzoon die een groot deel van zijn jeugd in het buitenland doorbracht, grenzen verlegd. Hij heeft van de Nederlandse kerk in Londen, nog meer dan het was, een ontmoetingsplaats gemaakt. Niet alleen voor gebed en bezinning, maar ook voor levendig debat over actuele onderwerpen als de brexit en de bankencrisis. Het is deze rol van de kerk die Röselaers voor ogen staat: niet buiten de maatschappij, maar er middenin.
Suikerfeest
Hij schroomt zelf ook niet om over actuele kwesties positie in te nemen, hoewel hij wat voorzichtiger is geworden. Onlangs stelde Röselaers voor om Tweede Pinksterdag als officiële feestdag te vervangen door het islamitische Suikerfeest, wat een stroom aan emotionele reacties losmaakte. ‘Het islamdebat in Nederland is zo gepolariseerd. Ik werd meteen in kampen ingedeeld waar ik geen onderdeel van wil zijn. Ik ben daar van geschrokken. Het is spijtig dat er geen echt debat kon worden gevoerd over dit voorstel.’
Met het homohuwelijk heeft de Nederlandse kerk in Londen zich op de Engelse kaart gezet als plek waar iedereen kan trouwen. Een gat in de markt, zou je zeggen. Want de Church of England – een brede kerk, die meerdere gezindten en nationaliteiten tevreden moet houden – biedt die mogelijkheid niet. Toch koos Röselaers er vorig jaar bewust voor om niet via een persbericht extra aandacht te vragen voor de primeur. Hij legt uit: ‘Dan waren The Sun en The Daily Mail er misschien op afgekomen. Vervelende kranten. Ik had de koppen al gezien. We zijn afhankelijk van de goodwill van Engeland. Die wilde ik niet riskeren.’
Behoudend
Mays alliantie met de Democratic Unionist Party lijkt opmerkelijk. Immers, haar voorganger David Cameron toonde moed door met succes de strijd met de meest conservatieve vleugel van zijn partij aan te gaan en het homohuwelijk wettelijk mogelijk te maken. Maar Röselaers merkt op dat de Britten op veel terreinen nog erg behoudend zijn. En de grote partijen in Nederland wenden zich ook wel eens tot de ChristenUnie en de SGP op zoek naar steun, terwijl ook die partijen op de rem willen trappen bij ethische verworvenheden.
In premier May herkent Röselaers de dochter van een dominee. ‘Ze heeft een enorm verantwoordelijkheidsgevoel, is een harde werker. Ze heeft welhaast de overtuiging van een dominee, zal ook echt van mening zijn dat ze deze baan moet doen, dat het een roeping is. Het is alleen jammer dat ze niet goed uit de verf komt. Ze gaat debatten uit de weg, terwijl ze daar juist zo goed in is.’
Luyendijk
Naar de City dan. Want daar heeft Röselaers zich de afgelopen vier jaar opgeworpen als praatpaal voor Nederlandse bankiers en financieel dienstverleners die zijn gaan twijfelen over wat ze doen. Hij vertelt over een investeerder van protestantse huize die een bonus van £ 8 mln kreeg en daar een moreel dilemma bij voelde. ‘Hij wist echt niet wat hij met dat bedrag aanmoest. Sliep er slecht van. Je adviseert hem dan over mooie dingen die je met dat geld kunt doen, een fonds voor goede doelen opzetten bijvoorbeeld. Het feit dat hij erover begint, vind ik al heel goed.’
Röselaers gaat met bankiers naar de pub, of gaat een middag met ze wandelen. Een enkele keer wordt hij uitgenodigd voor een jachtpartij en ontstaan er mooie gesprekken tijdens het eindeloze wachten.
Ook heeft Röselaers etentjes georganiseerd met bankiers en Joris Luyendijk, de antropoloog annex schrijver die met zijn Dit kan niet waar zijn een veelbesproken boek over de Londense City schreef. Het boek was een eyeopener voor Röselaers, laat hij weten. ‘Een bankier die hier getrouwd is, gaf mij zijn kaartje. “Vice-president van Goldman Sachs”, stond erop. Ik zei tegen mijn vrouw: ik heb nu écht een hoge baas over de vloer gehad. Totdat ik in Luyendijks boek las dat zowat iedereen in die bankensector vice-president is. Zelfs de werkster mag zich bij wijze van spreken zo noemen.’
CV Joost Röselaers
1979 Geboren in Geneve (Zwitserland)
1998 Frans Baccalaureat, Dakar (Senegal)
1998-2006 Theologiestudie in Leiden en Kaapstad
2006-2009 Predikant in Nieuwkoop en Boskoop
2009-2013 Predikant in Vrijburg, Amsterdam
2012 Publicatie van ‘Het vrije woord: theologen en opiniemakers in domineesland
2013-2017 Predikant van Nederlandse kerk te Londen
2016 Voltrekt eerste wettelijk erkende kerkelijke homohuwelijk van Engeland
Vanaf 2017 Algemeen secretaris van de remonstranten
Moraliserend sausje
Röselaers waardeert de manier waarop Luyendijk de sector heeft opgeschud. ‘Luyendijk is goed in het observeren. Hij laat goed zien wat de rollen zijn die de mensen spelen en hoe die financiële wereld in elkaar zit.’ Maar hij heeft minder op met het ‘moraliserende sausje’ dat over het boek ligt. ‘Ik houd daar niet zo van. Dat heeft de kerk ook veel te lang gedaan. Ik snap het wel, Luyendijk is een geëngageerd journalist met een mening. Maar dat betweterige, daar wil ik als dominee juist vanaf.’
De etentjes met Luyendijk liepen niet helemaal naar wens. ‘Er was geen goed gesprek mogelijk. Bankiers waren boos. Hun moeders in Nederland konden altijd met trots over hun zoon in de City vertellen. Nu niet meer. En Luyendijk zat in het defensief. Dus het kwam niet echt op gang.’
Skiën in Kazachstan
De gesprekken met de City-bankiers gaat Röselaers misschien nog wel het meeste missen , zegt hij. De predikant omschrijft de beroepsgroep als een groep mensen die in alles voor het uiterste gaat, en dat maakt het ‘een uitdaging’ om met hen te sparren. ‘Ze doen alles extreem. Als ze gaan skiën doen ze dat in Kazachstan. En als ze een boek lezen, pakken ze niet een romannetje, maar meteen een diepgaand boek over filosofie of theologie. Het zijn razend interessante mensen, vooral de bovenlaag. Ze denken na, ze hebben een visie. Al is het jammer dat die visie vaak niet vertaald wordt naar beleid.’
Bankiers zitten vaak vast in hun patroon, merkt Röselaers tot slot op. Een duur huis, de kinderen op een dure school – zie dan nog maar eens weg te komen als je dat wilt.
En de City-bankier zou er goed aan doen op zijn tijd wat meer afstand te nemen. ‘Er was hier een bankenstel dat trouwde. Zij was, zoals het hoort, te laat. Waarop hij vroeg of hij even apart kon gaan zitten om nog wat e-mails weg te werken. En dat op wat de belangrijkste dag van je leven moet zijn.’